Waarom lopen architecten grotere risico’s door de Wkb?

Bij de invoering van de Wkb per 1 januari 2024 verschuift de verantwoordelijkheid voor naleving van het Bouwbesluit naar de aannemer. Tegelijkertijd gaan private kwaliteitsborgers veel uitgebreider dan de gemeente controleren of dit goed gebeurt. Ook als architect moet je meer werk maken van bouwplantoetsingen op basis van een risicoanalyse en alles vastleggen in dossiers. Anders heb je geen verweer als de aannemer je bureau aansprakelijk stelt voor faalkosten of projectvertraging. Wat is de meerwaarde van tools om de kwaliteit van je werk te waarborgen en aan te tonen?

Waarom lopen architecten grotere risico’s door de Wkb?

De faalkosten in de bouw zijn bijzonder hoog in vergelijking met andere sectoren. Uit onderzoek van ABN AMRO blijkt dat ze bij 4 op de 10 bedrijven boven de 5% liggen. Bouwkennis noemt zelfs een percentage van 12%. Uit een recente evaluatie van 242 bouwplannen bleek dat geen enkel plan volledig foutloos was. Daarbij voldeed bijvoorbeeld 42% niet aan de eisen voor brandveiligheid. Als een ontwerp niet conform de regels is, kan dat leiden tot stagnatie en extra werk om de benodigde aanpassingen te doen. En is een bouwwerk al gerealiseerd, dan kunnen fouten tot hoge kosten en schadeclaims leiden. Denk aan een seniorencomplex waar sommige bewoners te ver moesten lopen naar de lift, waardoor verplaatsing ervan of een extra lift nodig was.

Kwaliteitsborgers kijken kritischer naar uw ontwerpen

Met de komst van de Wkb per 1 januari 2024 zullen de faalkosten nog verder stijgen. Dan gaan kwaliteitsborgers kritischer dan gemeenten toetsen of voldaan wordt aan de wettelijke eisen. Heb je als architect onvoldoende bewijzen dat een ontwerp kwalitatief in orde is, dan zal de aannemer je dus aansprakelijk stellen. Bovendien kan een kwaliteitsborger vragen om extra onderbouwing of uitwerkingen van je ontwerp te leveren. Je komt dus niet meer weg met: ”Zo doe ik het al 30 jaar.” Helaas is op basis van het Bouwbesluit vaak lastig te bepalen welke regels voor een project van toepassing zijn en de toetsing kost sowieso veel tijd. Daarom is het aan te raden om hier software-tools voor in te zetten. Waar moet je op letten bij de selectie van deze tools?

Zeven criteria voor de selectie van tools voor toetsing

  1. Kies een leverancier die de tools niet alleen heeft ontwikkeld maar er ook zelf mee werkt. Dan hebben de tools zich in de praktijk bewezen en is het gebruiksgemak gegarandeerd.
  2. Uiteraard moeten de rapportages die met de tools worden gegeneerd en de adviezen die eruit voortvloeien volledig voldoen aan alle wet- en regelgeving.
  3. Check ook of de meest actuele voorschriften in de tools zijn opgenomen. Dat geldt zowel voor landelijke als gemeentelijke regels. Denk wat dat laatste betreft aan de eis van een verplichte buitenruimte die kortgeleden is veranderd in de gemeente Utrecht. Daar mogen geen balkons meer ingepland worden op een verbrede galerij omdat deze niet direct vanuit een privéruimte toegankelijk zijn.
  4. Kijk of vragenlijst start met de gebruiksfunctie van een object. De voorschriften voor een woning, winkel, kantoor kunnen immers sterk verschillen. Is de gebruiksfunctie het uitgangspunt, dan weet je zeker dat het ontwerp op de juiste voorschriften wordt getoetst en gebruik je alleen de voorschriften die van toepassing zijn. Dat bespaart veel tijd.
  5. Vraag of je alle projectdelen op het hoogste niveau moet toetsen. Dit is namelijk lang niet altijd nodig. Is er bijvoorbeeld sprake van een hellingbaan bij een bouwwerk dan wil je dit op niveau 3 kunnen toetsen. Zo niet, dan volstaat niveau 1.
  6. Ga na of je bruikbare adviezen van de tools-leverancier krijgt. Stel dat je door het gebruik van de tools ontdekt dat een trapgat te klein is voor de vereiste trap, maar dat het gat niet groter te maken is vanwege de constructie en leidingen. Een ervaren adviseur zal je dan aanraden om alle treden iets hoger te maken.
  7. Met name bij verbouwingen gaat nogal eens iets mis bij het ontwerp omdat architecten uitgaan van het ‘rechtens verkregen niveau’ bij de vergunningverlening. Je moet aantonen dat een pand na de verbouwing minimaal aan de ondergrens voor de bestaande bouw voldoet. Denk bijvoorbeeld aan daglichtverordeningen. Hiervoor zijn vaak herberekeningen nodig die je met de tools wilt kunnen controleren.

Het gebruik van de softwaretools heeft verschillende voordelen. Je bent veel minder tijd kwijt met de technische toetsing van een ontwerp, waarborgt de kwaliteit en voorkomt daarmee hoge faalkosten. Bovendien zal de kwaliteitsborger sneller een akkoordverklaring afgeven waardoor je projectvertraging voorkomt.

Meer weten over software-tools voor Bouwbesluittoetsing? Stuur mij dan een berichtje.

Lees de factsheet van het Ministerie over de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen.

TERUG NAAR OVERZICHT